Nationale parken in Hongarije
Hongarije heeft 10 nationale parken met een verscheidenheid aan landschappen, van berglandschappen tot rivierlandschappen, allemaal met prachtige vegetatie. De meeste natuurlijke gebieden worden beschermd en zijn zeer geschikt om te hiken. De paden bieden mooie uitkijkpunten, lopen door dalen met beekjes en langs schilderachtige plaatsjes. Wat de Hongaarse natuur zo bijzonder maakt zijn de vlaktes met zoutmeren en zoutrijke steppes, waar je veel Hongaarse runderen tegen kunt komen. Nationale parken in Hongarije zijn ook rijk aan historisch erfgoed en enkele staan op de UNESCO werelderfgoedlijst. Hou je van kastelen en landhuizen dan mag je deze parken niet missen.
Hier vind je alle tien nationale parken in Hongarije!
Inhoudsopgave
Nationaal park Hortobágy
Hortobágy staat bekend om haar zout en löss steppes, moerassen, meren, de Hongaarse grijze runderen, racka schapen en de vele vogelsoorten. In het bezoekerscentrum van Hortobágy kun je kiezen uit programma’s over bijvoorbeeld waterbuffels of de sjadoef, een oud irrigatiesysteem. Je kunt een paardenshow bekijken, gaan vogelspotten bij een van de vele visvijvers of kiezen uit een van de vele tours. Je kunt er ook meedoen aan sterrenkijken op bepaalde tijdstippen, zorg dat je hier vantevoren naar informeert. Een van de bekendste trekpleisters in het park is de Brug met Negen Bogen aan het eind van het dorp. Je kunt een exhibitie bekijken in het herdersmuseum en vervolgens de brug oversteken om wat lokale specialiteiten te proeven in de Hortobágy Inn. Vanaf het herdersmuseum kun je ook naar Hortobágy-Malomháza, een dierenpark met wolven, gieren, pelikanen en andere wilde dieren, waaronder wilde katten en vossen.
Nationaal park Kiskunság
Nationaal park Kiskunság is een UNESCO biosfeerreservaat. Onder de belangrijke trekpleisters in het park vallen de jeneverbes en populierboomgaarden van Bugac, en zandduinen uit de 17e eeuw midden in de steppes. In het nagebouwde dorp Tiszaalpár kom je meer te weten over de gewoonten en gebruiken uit de tijd dat de Hongaren de Pannonische Vlakte veroverden. Ook vind je in het park de op een na grootste alkaline steppe, genaamd de Hoge Kiskunság Steppe, met zoutrijke weides en zandruggen. De rijke Peszéradacs weides bestaan uit moerasgras en paarse heide en Mikla Puszta bestaat vooral uit kwelders. Er zijn een aantal meren waarin je kunt zwemmen en waarbij je kunt kamperen, zoals de Szelid, Vadkert, Kunfehér en Sós meren.
Nationaal park Bukk
Nationaal park Bukk ligt in het Bukk gebergte vlakbij de plaats Miskolc. Volgens reizigers staat het in de top 50 van beste nationale parken in Europa. De meest populaire activiteit is het verkennen van de bossen. Je kunt gaan hiken over het Szalajka Vallei natuurpad die langs een lange beek met vele cascades loopt. Bezoek het romantische Lillafüred Palace Hotel, dat aan de oever van het Hàmori meer ligt en een prachtig uitzicht biedt over de Szinva waterval. Er vlak naast liggen de twee beroemdste grotten van de regio, de Szent István grot en de Anna grot. Andere trekpleisters in het park zijn het middeleeuwse Diósgyőr kasteel in Miskolc en de wijnstad Eger. Voor een tour door het nationale park met een gids betaal je ongeveer 1200 HUF.
Nationaal park Aggtelek
Nationaal park Aggtelek ligt in het noorden van het land, langs de grens met Slowakije. Je kunt het park verkennen via de paden, die zijn aangelegd om het leefgebied van de wilde dieren te beschermen. Bezoekers kunnen behalve de wildernis ook de bijzondere wereld van stalagmieten en stalactieten bewonderen in de ondergrondse grotten. Van de 280 kalkstenen grotten is de Baradla grot de grootste en meest indrukwekkende, en bovendien de grootste stalactietengrot in heel Europa. De grot maakt deel uit van het Baradla-Domica systeem dat doorloopt naar Slowakije, waar het Domica wordt genoemd. De Peace grot wordt veel bezocht door mensen met astmatische klachten omdat de grot de gezondheid zou bevorderen. Het park heeft ook culturele bezienswaardigheden, waaronder het Pauline klooster en het L’Huillier Coburg kasteel. Een toegangsbewijs voor het park kost ongeveer 2500 HUF.
Nationaal park Fertő-Hanság
Nationaal park Fertő-Hanság ligt om het Ferto meer heen en werd samen met de aangrenzende Neusiedler See in Oostenrijk tot nationaal park verklaard. Het is het op twee na grootste meer in centraal Europa en is een UNESCO werelderfgoedsite. Wat het 1m diepe meer zo bijzonder maakt is dat het onder invloed van de wind van vorm en afmeting verandert. ’s Ochtends vroeg worden er kanotochten met een gids georganiseerd, waarbij je zeldzame vogels zoals de roodhalsgans en roofvogels zoals de zeearend tegen kunt komen. De velden langs het meer staan vol met irissen, gele damesslippers en vliegenorchissen. Je kunt er ook een van de grootste gebouwen met een rieten dak in heel het land bezoeken, genaamd Kocsgavar. Het bezoekerscentrum genaamd Lászlómajor is gevestigd in het voormalige Esterházy landhuis. De toegangsprijs voor het park is ongeveer 1200 HUF.
Nationaal Park Donau-Drava
Nationaal Park Donau-Drava ligt in het zuidwesten van Hongarije. We raden aan om het bezoekerscentrum in het dorpje Szaporca als eerste te bezoeken. In het park vind je veel inheemse planten- en diersoorten, zoals de zwarte meidoorn, ook wel bekend als de Hongaarse meidoorn en schietmotten. De motten zijn vooral bekend omdat er kunst en sieraden worden gemaakt met de hulp van deze dieren. In het park worden af en toe hiking- en kanotochten met een gids georganiseerd en je kunt op eigen initiatief drie educatieve paden volgen. Een toegangsbewijs tot het park kost ongeveer 1500 HUF en het huren van een kajak of kano kost 3000 HUF.
Nationaal park Koros-Maros
Nationaal park Koros-Maros bestaat uit 13 kleinere gebieden met een bezoekerscentrum in het kleine plaatsje Szarvas. In het bezoekerscentrum, genaamd Kosorsvolgyi, ontdek je de beste manieren om het park te verkennen. Twee goede opties zijn op de fiets en met de kano. Je kunt ook een dierenpark bezoeken vlakbij het bezoekerscentrum. Kanoën op de Koros of Maros rivier is de beste manier om de overstromingsbossen te zien. Wie graag wil vogelspotten kan het Fehér meer bezoeken. Een andere bekende attractie is het Gyula fort in het plaatsje Gyula, waar je ook thermale baden vindt.
Nationaal park Balaton-Hoogland
Nationaal park Balaton-Hoogland is een enorm groot gebied met daarbinnen 5 aparte, beschermde gebieden langs de noordelijke kust van het Balaton meer. Je kunt er bossen en rotsformaties ontdekken in het Pécsely-bekken, Káli-bekken en het Tapolca-bekken. Het Tapolca-bekken is vooral interessant vanwege de bekende Badacsony wijnregio aan de voet van een dode vulkaan. Je mag ook zeker het meer in de Tapolagrot niet missen, waar je een boottocht kunt maken. Andere tips die we kunnen geven zijn het Tihany schiereiland, waar je lavendel kunt plukken tijdens het lavendelfestival, en het Keszthely gebergte. Hou je van hiken, ontdek dan de hike paden van het Bakony gebergte met haar kloven, grotten en kasteelruïnes.
Nationaal park Donau-Ipoly
Nationaal park Donau-Ipoly bestaat uit beschermde gebieden en natuurreservaten waaronder Pilis, Visegrád, het Börzsöny gebergte, een deel van de Ipoly vallei en enkele gebieden op het Szentendre eiland. Net als nationaal park Bukk, staat Donau-Ipoly in de top 50 van beste nationale parken in Europa. Je kunt het park gratis bezoeken maar zult wel moeten betalen voor parkeren. Het beste panorama over het park vind je in de Donauknie. Je kunt starten in het dorpje Dömös en het Prédikálószék pad door het Pilis gebergte volgen. Fitte avonturiers kunnen door het Rám-szakadék dal gaan en de stroming volgen via trappen met een ijzeren ketting erlangs. Je kunt hier alleen omhoog gaan, en dus zul je het Lukács-árok pad moeten nemen op de terugweg. Om het Julianus panoramapunt in de Donauknie te bezoeken, ga je vanuit de plaats Nagymaros naar de Börzsöny berg.
Nationaal park Orseg
Nationaal park Orseg omvat Őrség, Vend, de Rába riviervallei, Inner-Őrség en de Szentgyörgy vallei. Je vindt er prachtige landschappen, vele dorpjes en boerderijen die bekend staan om de eeuwenoude traditie van het pottenbakken. In de heuvels en langs de beken kun je prima fietsen, hoewel er hier wel vaak regen valt. Dankzij de regenval kun je hier bovendien genieten van prachtige groene weides. De heidevelden, die uit de ijstijd stammen, bieden een overvloed aan paddenstoelen.